Reactie van het LAKS op lumpsumsystematiek
Scholen worden betaald met een grote zak geld. Die zak geld noemen we de Lumpsum. Zo hoeven scholen niet elk bonnetje te declareren bij de overheid, en dat scheelt veel tijd en geld en levert vrijheid op. Omdat er geen bonnetjes meer zijn, is echter niet altijd duidelijk waar de scholen het geld aan uitgeven. Soms komt de overheid met maatregelen, maar is naderhand niet te achterhalen of het geld besteed is waar het voor werd bedoeld. Daarom zoekt de Tweede Kamer alternatieven voor de bekostiging en/of manieren om de controle op die kosten te verbeteren. De vraag die voor ons ligt is: wat is nu de beste manier om scholen te bekostigen?
Het LAKS heeft het vraagstuk voorgelegd aan een panel van 30 leerlingen en binnen het bestuur gediscussieerd over de systematiek van bekostiging en de alternatieven. Ongeacht de complexiteit van het verhaal komt daar een kristalheldere visie uit voort voor de leerlingen van nu en in de toekomst.
Oormerken
Leerlingen pleiten voor een combinatie van de voorgestelde alternatieven. Allereerst pleiten ze voor het oormerken van de salariëring van onderwijzend personeel. Geld bestemd voor het verlagen van de werkdruk en het aantrekkelijk maken van het docentenvak, moet direct zichtbaar gescheiden zijn van overige kosten. Onderzoeken van o.a. van Haandel en Duijvestijn tonen aan dat uitgaves in het onderwijs met 20% zijn gestegen, maar dat dit niet ten goede komt van leraren en leerlingen. Dat is absurd en onwenselijk. Als bestuurders niet met de vrijheid van lumpsum om kunnen gaan, is het aan de minister en de Tweede Kamer om stelselverantwoordelijkheid te nemen. Het uitbesteden van verantwoordelijkheid aan schoolbesturen is geen oplossing, allereerst omdat niet te achterhalen is waar het geld aan wordt besteed en ten tweede omdat de controlerende taken van toezicht en medezeggenschap niet blijken te werken, zoals wordt gehoopt.
Resultaatafhankelijke bekostiging
Werken met resultaatafhankelijke bekostiging is volstrekt onwenselijk. Het is een instrument dat wellicht werkt in de commercie, maar fundamenteel haaks staat op de maatschappelijk aard van het onderwijs en in die sector perverse impulsen tot gevolg zou hebben (teaching to the test, onderschatting, onderdrukken van ambitie, inperking van onderwijsvrijheid).
De druk die door resultaatafhankelijke bekostiging zou komen te liggen op besturen, sijpelt door naar schoolleiders, naar docenten, en uiteindelijk naar leerlingen. Leerlingen die moeilijker meekomen krijgen dan te horen dat “elke onvoldoende geld kost”. De kern van onderwijs is echter leren van je fouten. Het fout mogen doen is een recht. Je moet kunnen blijven zitten als dat nodig is. Reeds worden leerlingen tegengewerkt als ze willen opstromen omdat men vreest dat leerlingen het hogere niveau misschien niet halen. Met resultaatafhankelijke bekostiging is het de dood in de pot van onderwijs. Geen enkele schoolleider gaat leerlingen de kans geven een hoger niveau te halen. Dat werkt niet alleen kansenongelijkheid in de hand; het creëert bange schoolleiders, bange docenten en bange leerlingen die alleen nog les krijgen om het afrekensysteem zo goedkoop mogelijk door te lopen.
Administratie en verantwoording
Het LAKS is geen voorstander van zware administratieve lasten. Wel moeten financiële beslissingen openbaar én inzichtelijk maken. De besluiten van een bestuur om geld op een bepaalde manier te gebruiken, moeten helder te communiceren zijn aan de achterban. Alles wat gezegd kan worden, kan ook helder gezegd worden. Als het besluit niet helder gecommuniceerd kan worden, is er misschien iets mis met het besluit. De verantwoording dient ook te kunnen geschieden door reguliere leerlingen. Elke school heeft een site en een portal. Elke school kan hierop de stukken publiceren en inzichtelijk maken. Zo kan niet alleen de MR, maar ook leerlingen, ouders, personeelsleden en anderen kijken wat er gebeurt. Door de transparantie te bevorderen kunnen scholen sneller ter verantwoording worden geroepen indien het geld foutief besteed wordt.
Doelsubsidie
Doelsubsidies zijn geschikt voor projecten die alleen ‘extra’ zijn. Ze zijn niet voor kerntaken van het onderwijs. De argumenten hiertoe zijn hetzelfde als bij punt 1. Het mag niet zo zijn dat scholen die beter zijn in het aanvragen van subsidie vooruit kunnen lopen op scholen die bijvoorbeeld door omvang daar minder goed in zijn. Extra activiteiten worden vanzelfsprekend van harte toegejuicht.
Instemmingsrecht meerjarig financieel beleid
Het LAKS heeft met lichte verbijstering kennis genomen van het besluit in het regeerakkoord om adviesrecht op meerjarig financieel beleid om te zetten in instemmingsrecht. Het LAKS is blij met meer rechten voor leerlingen, maar de medezeggenschap functioneert momenteel onvoldoende om met dergelijke verantwoordelijkheid geconfronteerd te worden. Onderzoeken stapelen zich op waarin wordt gewezen op onvoldoende expertise, vaardigheid en motivatie om medezeggenschap goed van de grond te krijgen. Het verlenen van instemmingsrecht op de begroting kan daardoor eenvoudig als zondebok worden misbruikt zodat slecht beleid achteraf te legitimeren is met het argument: “jullie hebben er zelf mee ingestemd”. De controlerende taak van medezeggenschap kan alleen worden uitgevoerd als de geledingen een werkelijke tegenmacht zijn. Op het moment is de expertise en motivatie van de medezeggenschap daartoe niet uitgerust. Een adequate versterking van medezeggenschap vereist een forse investering in scholing en bekostiging. Idealiter wordt een geleding eveneens met geoormerkt budget bekostigd zodat autonomie en motivatie van de geledingen verzekerd zijn.