Beste leerlingen, leraren, ondersteuners en leidinggevenden
Dit is een bijzondere brief, bijzonder omdat wij ons nog nooit gezamenlijk tot alle leerlingen, onderwijsprofessionals en leidinggevenden in het voortgezet onderwijs hebben gericht. Het zijn dan ook bijzondere tijden. We willen jullie complimenteren met al het werk dat jullie onder lastige omstandigheden verrichten. Daarbij nemen we jullie zorgen serieus en willen we jullie zo goed mogelijk ondersteunen om het onderwijs op school, als het maar enigszins mogelijk is, te laten doorgaan.
Het coronavirus heeft de wereld, ons land en dus ook het onderwijs in zijn greep. Eind vorig schooljaar heeft dat geleid tot ongekend verstrekkende, maar onvermijdelijke besluiten zoals het sluiten van de scholen en het schrappen van de centrale examens. Leraren en anderen hebben vanaf half maart een enorme inspanning geleverd om onderwijs op afstand te kunnen geven. En de laatste weken van het schooljaar konden leerlingen beperkt naar de ‘anderhalvemeterschool’. Dat het onderwijs zo snel op een compleet nieuwe manier kon doorgaan was te danken aan jullie enorme inzet.
Deze prestatie nam echter niet weg dat er leerlingen waren die achterstanden opliepen. Zeker de leerlingen met veel praktijklessen. We waren dan ook allemaal opgelucht toen voor de zomervakantie bleek dat het verantwoord zou zijn vanaf half augustus de schooldeuren weer voor alle leerlingen te openen. Hoe hard er ook gewerkt is aan het alternatief, er gaat niets boven les op school. Onderwijs is vooral contact tussen leerling en leraar en tussen leerlingen en leraren onderling.
Terechte zorgen
Eerder dan velen hadden verwacht neemt in dit nieuwe schooljaar het aantal besmettingen fors toe. We zitten inmiddels in de tweede golf. Een fors aantal leerlingen en personeelsleden is dagelijks op school afwezig. De zorgen bij leerlingen, ouders en onderwijspersoneel nemen daardoor toe. Zorgen over de veiligheid en gezondheid, over de werkdruk en over de onderwijskwaliteit, om er maar een aantal te noemen. Die zorgen zijn natuurlijk terecht. En ondanks de voorrang voor leraren bij het testen, de verplichting op school buiten de lessen mondkapjes te dragen en het rapport en de richtlijnen omtrent ventilatie, blijven er zorgen. Onderwijs geven in coronatijd kan echter niet zorgeloos, maar we moeten er alles aan doen om waar mogelijk die zorgen weg te nemen. Wij, als onderwijsorganisaties, houden continu de vinger aan de pols en vragen hier aandacht voor bij het kabinet. In het belang van iedereen die op school leert en werkt. Sinds dit voorjaar weten we immers nog beter welke meerwaarde onderwijs op school heeft voor de onderwijskwaliteit en het welzijn van leerlingen.
Vanaf de zomer tot de herfstvakantie zijn we erin geslaagd een balans te vinden tussen het beperken van de risico’s aan de ene kant en het belang van leerlingen en de maatschappij om de scholen open te houden aan de andere kant. Over de vraag wat verantwoord is baseren we ons op de adviezen van het OMT en het RIVM.
Volgende fase
Nu de herfstvakantie voor iedereen voorbij is, staan we voor een volgende fase in deze uitdaging. Hoe onvoorspelbaar ook, corona zal ons zeker ook tot de kerstvakantie bezighouden. We, maar vooral jullie, weten als geen ander hoe moeilijk het is om alle regels en voorschriften altijd na te
leven. Het is soms lastig om in een volle school de anderhalve meter afstand tussen leerlingen en onderwijspersoneel en tussen personeel onderling te bewaren. Maar laten we er samen alles aan blijven doen om deze afstand te realiseren en laten we elkaar ook steeds weer aan deze afspraak herinneren. Ook consequent aandacht blijven besteden aan de hygiënemaatregelen, waaronder handen wassen, blijft nodig.
Wij constateren dat velen, ondanks de moeilijke omstandigheden, het onderwijs op school willen continueren. Wij steunen dat voluit. Dat vraagt in deze tijd om keuzes en dat leidt onvermijdelijk tot beperkingen. Laten we op school doen wat strikt noodzakelijk is, en dat is lesgeven. Dit betekent dat we niet strikt noodzakelijke activiteiten, zoals open dagen, vergaderingen, oudergesprekken en vieringen, later of op afstand doen. Als we ook daar consequent in zijn dragen we bij aan het openhouden van de school voor alle leerlingen.
Moedig elkaar aan
De school staat midden in de samenleving. Als we het virus meer onder controle krijgen zullen we dat op school merken. Helaas is het omgekeerde ook waar. We hebben op school niet alles in eigen hand. Maar laten we elkaar blijven aanmoedigen alles te doen wat nodig is voor de veiligheid en het welzijn van jullie allemaal. We staan daarbij vaak voor lastige keuzes in een sector met bijna een miljoen leerlingen en ruim honderdduizend werkenden. Weet dat je er niet alleen voor staat. Wij agenderen bij overheid en politiek wat jullie zorgen baart en nodig hebben. Op elke school leven dezelfde vragen en uitdagingen. En op elke school worden ook weer oplossingen gevonden. Tot het onmogelijke is niemand gehouden, dat is op een aantal scholen gebleken. Sommige scholen zijn al tijdelijk gesloten (geweest), maar laten we met elkaar er alles aan doen de scholen zolang als verantwoord is open te houden – in het belang van de leerlingen en iedereen die op een school werkt.
Henrik de Moel, Algemene Onderwijsbond
Jan de Vries , CNV Onderwijs
Jilles Veenstra, Federatie van Onderwijsvakorganisaties
Nienke Luijckx, LAKS
Paul Rosenmöller, VO-raad