71 opdrachten voor docenten Voor docenten die een vak geven zoals maatschappijleer, geschiedenis of filosofie: Laat leerlingen op zoek gaan naar verkiezingsposters (of teksten) van een politieke partij. Dit mogen actuele verkiezingsposters zijn, maar het mogen ook verziekingsposters uit het verleden zijn (zie bijvoorbeeld: Collecties | DNPP | Rijksuniversiteit Groningen). Analyseer welk taalgebruik wordt ingezet door de makers ervan. Wat valt er op? Waarom kiezen zij voor bepaalde woorden? Wat veroorzaakt dit taalgebruik? Voor docenten die een taalvak geven: Daag leerlingen uit door hen te vragen een bestaande tekst uit de krant of uit het nieuws door te nemen. Welke woorden hebben een sterke of suggestieve lading? Wat veroorzaken die woorden? Welk synoniem of ander woord had ingezet kunnen worden om het bericht objectiever en/of representatiever te maken? Voor mentoren tijdens de mentor les: Bespreek, mits de sfeer daar veilig genoeg voor is, met een mentorklas (of in kleinere groepen) welke woorden gevoelig kunnen zijn en kunnen raken. Zijn er voorbeelden uit het nieuws, van gesprekken op school of vanuit social media die de leerlingen kunnen bedenken waarbij taal een bepaalde impact had op de leerling? Ga het gesprek aan over hoe taal invloed kan hebben op hoe je je voelt. Kunnen jullie alternatieven bedenken? Maak eventueel afspraken over welke woorden beter wel of niet gebruikt kunnen worden.
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=