15 Waarom vragen we hier aandacht voor? Op het mbo worden de verschillende opleidingsvormen aangeduid met ‘niveau’. Zo kun je een niveau 1 (entree), niveau 2, 3 of 4 opleiding doen. Hiermee lijkt het alsof de ene opleidingsvorm beter is dan de andere, terwijl het hier net als in het hoofdstuk onderwijsrichtingen weer gaat om verschillende manieren van leren. Daarom spreekt het LAKS liever van opleidingsvormen in plaats van niveaus. Daarnaast laten we in een opsomming het woord ‘niveau’ weg. In plaats van mbo niveau 2, gebruikt het LAKS dus mbo-2. Ook zou je de officiële benaming voor de verschillende opleidingsvormen kunnen gebruiken, dit gebeurt al veel bij de entreeopleiding (mbo 1). Bij de officiële benaming zie je extra goed dat het om verschillende opleidingsvormen gaat, in plaats van om verschillende niveaus. De officiële benamingen zijn: Mbo 1 = entreeopleiding Mbo 2 = basisberoepsopleiding Mbo 3 = vakopleiding Mbo 4 = middenkader- en specialistenopleiding Weet je precies welke opleiding iemand doet? Benoem dan de naam van de opleiding. Bijvoorbeeld de opleiding tot retailmedewerker. Op deze manier benadruk je waar studenten tot worden opgeleid, zonder daar een waarde aan te koppelen. Is het nodig om de opleidingsvorm erbij te benoemen? Gebruik dan de officiële benaming of laat het woord ‘niveau’ weg. mbo-niveaus entree, mbo 2, 3 of 4 Tips Het LAKS en JOBmbo spreken van entreeopleiding en van mbo 2, mbo 3 en mbo 4. Aangezien de benamingen voor mbo 2, mbo 3 en mbo 4 minder bekend zijn dan de oorspronkelijke benamingen, kiezen wij hier voor de tussenstap: het woord ‘niveau’ weglaten. Stimuleer het gebruik van de oorspronkelijke benamingen, zoals bij de entreeopleiding al wordt gedaan. Dan focussen we meer op wat je leert in plaats van op welke opleidingsvorm ‘beter’ is dan de ander.
RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=