LAKS

Waarom vragen we hier aandacht voor? De term achterstandsleerling wordt gebruikt om leerlingen te beschrijven van wie de ouders geen vervolgopleiding hebben gehad, of mbo 1 of 2 hebben afgerond. Soms wordt ook de term leerling met een achterstandsscore gebruikt. Hier speelt het idee mee dat leerlingen van wie de ouders geen opleiding hebben gehad of een mbo 1 of 2 hebben afgerond een groter risico lopen op een achterstand in het onderwijs. Etnische achtergrond en sociaaleconomische klasse spelen hierin ook een rol. Scholen waar veel achterstandsleerlingen op zitten, worden vaak achterstandsscholen genoemd. Het LAKS erkent dat er kansenongelijkheid is in het onderwijs. De term achterstandsleerling kan suggereren dat de schuld van kansenongelijkheid bij de leerling ligt. Het wekt de indruk dat deze leerlingen altijd een achterstand hebben, maar zo simpel is het niet. Deze leerlingen hebben vaak minder kansen en hebben minder privileges die zij kunnen gebruiken in hun leven. Daardoor hebben zij een verhoogde kans op achterstanden. Daarom spreken wij liever van ‘leerlingen met een verhoogde kans op onderwijsachterstand’. Dit neemt de suggestie weg dat leerlingen met een achterstand geboren worden of dat de achterstand aan hun ligt, maar hebben we nog steeds de woorden om te praten over kansenongelijkheid en over welke groepen leerlingen hier het meest de dupe van zijn.

RkJQdWJsaXNoZXIy ODY1MjQ=